Reparatiewet Wet Werk & Zekerheid

Dpe regering heeft vragen van de Eerste Kamer beantwoord en tevens een aantal voorstellen ter reparatie of aanpassing van onderdelen van het wetsvoorstel Wet Werk en Zekerheid gedaan in de memorie van antwoord. Er komt dus een reparatiewet. O welke punten leest u hieronder:

De risicoregeling bij het niet verrichten van arbeid
In de WWZ is het uitgangspunt straks dat de werkgever verplicht is het loon te voldoen indien een werknemer de arbeid geheel of gedeeltelijk niet heeft verricht, tenzij dit in redelijkheid voor rekening van de werknemer behoort te komen. De huidige hoofdregel ‘geen arbeid, geen loon’ vervalt.

In de reparatiewet wordt opgenomen dat als er sprake is van het gedeeltelijk niet verrichten van de bedongen arbeid door de werknemer wegens een oorzaak die voor rekening van deze werknemer behoort te komen, er nog wel sprake is van een gedeeltelijke verplichting tot loondoorbetaling (te weten met betrekking tot dat deel van de bedongen arbeid dat wel is verricht)

De Ragetlie-regel
Deze regel houdt het volgende in: Indien een voor onbepaalde tijd aangegane arbeidsovereenkomst, die anders dan door rechtsgeldige opzegging of door ontbinding door de rechter is geëindigd, éénmaal of meermalen is voortgezet door een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met tussenpozen van niet meer dan drie maanden, is voor beëindiging van de voortgezette arbeidsovereenkomst opzegging nodig.

In de reparatiewet wordt ook de opzegging door de curator aangemerkt wordt als een rechtsgeldige opzegging, waardoor de Ragetlie-regel in die situatie, conform het huidige recht, niet van toepassing is.

 

De wettelijke bedenktermijn bij een vaststellingsovereenkomst (vso)
In het wetsvoorstel Wet Werk en Zekerheid wordt de wettelijke bedenktermijn van twee weken geïntroduceerd. Werknemers kunnen binnen twee weken na het sluiten van een vaststellingsovereenkomst de ontbinding oproepen zonder enige reden. Heeft de werknemer ingestemd met de opzegging, dan mag de werknemer zonder reden binnen twee weken de instemming herroepen. Een werknemer kan geen gebruik maken van de wettelijke bedenktermijn van twee weken, als de werknemer in de daaraan voorafgaande periode van zes maanden reeds gebruik maakte van dat recht.

In de reparatiewet zal worden verduidelijkt dat dit recht ook niet geldt als de arbeidsovereenkomst eindigt door middel van een beëindigingovereenkomst en de werknemer in de voorafgaande periode van zes maanden gebruik maakte van de mogelijkheid om zijn instemming met de opzegging van de arbeidsovereenkomst te herroepen, en andersom.
 

Hoger beroep en cassatie bij een ontbindingsverzoek door de werknemer
Het wetsvoorstel biedt werkgevers en werknemers de mogelijkheid om hoger beroep en cassatie in te stellen tegen ontbindingsbeschikkingen van de kantonrechter. Deze mogelijkheid bestaat onder het huidige recht niet. In het wetsvoorstel is opgenomen dat als een werknemer om ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzoekt, de rechtsstrijd in hoger beroep en cassatie zich dient te beperken tot de hoogte van de bij die ontbinding toegekende vergoedingen.

Aangezien het ook mogelijk zou moeten zijn dat de werknemer hoger beroep aantekent of in cassatie gaat wegens het in het geheel niet toekennen van een vergoeding, wordt een en ander middels de reparatiewet aangepast.
 

Aanzegplicht
In het wetsvoorstel voor de Wet Werk en Zekerheid wordt de aanzegtermijn en de aanzegboete geïntroduceerd met betrekking tot arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd. In de voorgestelde tekst voor artikel 7:668 BW (nieuw) wordt bepaald dat de werkgever de werknemer uiterlijk een maand voordat de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd eindigt schriftelijk dient te informeren over het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst en bij voortzetting, over de voorwaarden waaronder de werkgever de arbeidsovereenkomst wil voortzetten. Indien de werkgever zich niet houdt aan de aanzegtermijn, is hij aan de werknemer in beginsel een vergoeding verschuldigd gelijk aan het bedrag van één maandsalaris. Indien de werkgever de aanzegverplichting niet tijdig is nagekomen, is hij aan de werknemer een vergoeding naar rato verschuldigd.

In de reparatiewet zal worden geregeld dat de bevoegdheid om een vergoeding te verzoeken vanwege het schenden van de aanzegplicht door de werkgever vervalt binnen twee maanden na het moment waarop de tijdelijke arbeidsovereenkomst waarop de aanzegtermijn betrekking had, is geëindigd. Dit om een stapeling van aanzegboetes bij opvolgende arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd te voorkomen.
 

Wet melding collectief ontslag
Het wetsvoorstel Wet Werk en Zekerheid biedt de mogelijkheid om bedrijfseconomische ontslagen niet via het UWV WERKbedrijf, maar via een daartoe bij CAO ingestelde commissie te laten verlopen.

In de reparatiewet wordt geregeld dat als ontslag via een CAO-commissie verloopt, de CAO-commissie moet nagaan of aan de vereisten van de Wet melding collectief ontslag is voldaan.

U kunt alle ingediende stukken ter zake de WWZ downloaden via  http://www.eerstekamer.nl/wetsvoorstel/33818_wet_werk_en_zekerheid

De Eerste Kamer heeft gevraagd om een tweede schriftelijke ronde. De vraag is of het gaat lukken het wetsvoorstel Wet Werk en Zekerheid per 1 juli 2014 in werking te laten treden en of de aangekondigde reparatiewet wordt goedgekeurd.

Uitzendkracht en ziekte

Hoge Raad: uitzendovereenkomst eindigt niet zonder meer bij ziekte van de uitzendkracht

Lees verder