Welke prevaleert? Het oordeel van de bedrijfsarts of het deskundigenoordeel van het UWV?
Een veel voorkomend geschil: de werknemer stelt ziek te zijn. U als werkgever denkt dat de werknemer niet ziek is en de bedrijfsarts heeft ook bepaald dat er geen sprake is van een medische beperking. Wat nu?
In dit geval kan een deskundigenoordeel (second opinion) bij het UWV worden gevraagd. Het deskundigenoordeel kan van doorslaggevende betekenis zijn in de discussie rondom werkhervatting, loondoorbetaling en ontslag.
Het deskundigenoordeel van het UWV en het oordeel van de bedrijfsarts is niet bindend. De werkgever mag het oordeel naast zich neerleggen. Uit de jurisprudentie blijkt dat het deskundigenoordeel van het UWV wel vaak door de rechters wordt gevolgd. Kan hieruit worden afgeleid dat het deskundigenoordeel prevaleert boven het oordeel van de bedrijfsarts? Dit hoeft niet altijd het geval te zijn. Er kunnen omstandigheden aanwezig zijn waardoor het oordeel van de bedrijfsarts prevaleert.
Wil het deskundigenoordeel van het UWV opzij gelegd kunnen worden omdat het afwijkt van het oordeel van de bedrijfsarts, dan zijn daarvoor wel bijkomende omstandigheden nodig. Wat zijn dan deze bijkomstige omstandigheden? Hierbij kunt u denken aan de navolgende situaties:
Beschikt u als werkgever over een oordeel van een bedrijfsarts dat lijnrecht tegenover het deskundigenoordeel van het UWV staat, laat u zich dan goed adviseren over de vraag welk oordeel prevaleert.